Talent dat heb je toch?
Ja, maar hoe kom je erachter?
En hoe ontdekte het ‘duivelskind’ haar talent?
Als je talent bijvoorbeeld zingen of voetballen is, heb je een grote kans om dat te ontdekken, want als je zingt kan iedereen je horen en wie weet niet wat voetbal is? Voor zingen heb je niets nodig en welk kind heeft er geen bal? Maar wat als je talent het bespelen van de panfluit is? Hoe kun je daar achterkomen? Wie geeft jou dat zetje, zodat het vuur ontstoken wordt? De motor gestart wordt van talentontwikkeling?
1. Ouders
Niet voor niets bestaan de spreekwoorden: ‘Een appel valt niet ver van de boom’ en ‘Jong geleerd, oud gedaan’. Werkervaring, interesses en contacten van de ouder kan van jongs af aan doorgegeven worden aan het kind. Daarmee is de ouder een van de belangrijkste aanvoerders van kinderen.
Maar wat als het kind een ander talent heeft dan de ouder?
Dan is de ouder in deze tijd nog steeds de eerste verantwoordelijke om zijn/haar kind te stimuleren. Om in aanraking te komen met verschillende sporten of muziekinstrumenten. Natuur, tekenen, techniek… Het is essentieel dat de ouder het kind meeneemt, zodat het kind spelenderwijs de wereld kan ontdekken en daardoor zijn of haar talent.
Zo kwam het kind dat meegenomen werd door zijn moeder naar een opendag van de Muziekacademie Den Haag erachter dat hij panfluit wilde spelen. Zijn moeder komt uit Roemenië, maar heeft niets met de traditionele muziek. Via haar zoon leert zij nu deze muziek waarderen.
2. School
Scholen staan op een goede tweede plaats om je talent te ontdekken. Wij graag schrijft of rekent komt op de basisschool goed tot zijn recht. Scholen hebben sinds 1900 nog steeds als opdracht het bijbrengen van de vaardigheden taal en rekenen. Hierop wordt het studieadvies voor de vervolgopleiding gebaseerd. Een kleiner deel van de scholen (611 van 6700) behoort tot het ‘vernieuwingsonderwijs’ dat uitgaat van de belevingswereld van het kind, waaronder de Montessorischolen en de Vrijescholen. Een positieve ontwikkeling is dat scholen steeds meer de talentontwikkeling van kinderen belangrijk vinden en voor een uitgebreider aanbod zorgen: waaronder de bredeschool. Zij maken deel uit van mijn droom dat de jongste kinderen spelenderwijs in aanraking komen met verschillende disciplines. De middenbouw introductielessen krijgt en kinderen in de bovenbouw aan de slag kunnen met hun keuze. Dankzij het mogen organiseren met Talentenloods van Muziekintroductie
op de basisschool Essesteijn met als een van de onderdelen Blaasinstrumenten, koos een van de jongens, Laurens van Oost, voor trompet. Sinds 2019 is hij de trompettist bij de Hermes House Band.
3. Kinderopvang
Kinderen die opgevangen worden hebben letterlijk tijd. Hier ligt een grote kans voor de Kinderopvang om een aanbod te organiseren, dat ook door veel Kinderopvangorganisaties op verschillende manieren opgepakt wordt. Door bijvoorbeeld als locatie een sport- of natuurterrein te kiezen, vakdocenten in te huren en af te stemmen met naschoolse activiteitenaanbieders voor het brengen/halen.
Mijn droom is dat scholen, opvang en vakdocenten samen de bredeschool gaan vormen. Nu er een probleem is ontstaan met een tekort aan onderwijzers is de oplossing een stap vooruit zetten: docenten basisonderwijs aanvullen met vakdocenten en de pedagogische medewerkers van de Kinderopvang.
Een schoolcampus met langere openingstijden, een plek waar je graag wilt zijn als kind én als ouder. Belangrijk is dat wij kinderen niet zien als vaten die wij moeten vullen, maar als vlammen die wij ontsteken. Kinderen verdienen de beste aanvoerders!
4. Omgeving
Op de laatste plaats, maar daarom niet minder belangrijk speelt de omgeving een belangrijke rol. Vriendjes die op voetbal gaan en waardoor een kind, ondanks Sportintroductie op school, ook wil voetballen. Zo koos mijn zoon pas veel later voor tafeltennis en afgelopen jaar voor de Klimsport doordat zijn vriend hem meenam naar een boulderhal.
Vrienden, familie, kennissen. Wie of wat is een voorbeeld voor het kind? Zonder uitputtend te willen zijn wil ik graag afsluiten met een bijzonder voorbeeld van toeval.
5. Toeval: Het ’duivelskind’
Michaela DePrince werd geboren in Sierra Leona met de huidziekte vitiligo. Ze kreeg witte vlekjes in haar donkere huid door het verdwijnen van pigment. Op driejarige leeftijd werd ze na het overlijden van haar moeder naar het weeshuis gebracht. Haar oom wilde niet voor het ‘duivelskind’ zorgen. Haar enige houvast in het weeshuis was een bladzijde uit een tijdschrift dat kwam aanwaaien. ‘Ik zag een plaatje van een vrouw in een kort, wijd jurkje. Ze stond in roze schoenen op haar tenen en keek heel gelukkig. Op dat moment besloot ik: op een dag sta ik ook op mijn tenen en ben ik ook gelukkig. Het was een belofte van een beter leven.’ Een Amerikaans echtpaar adopteerde haar beste vriendinnetje en Michaela. Ze mocht op ballet en vond een uitlaatklep voor haar gevoelens. ‘Alles wat ik heb meegemaakt, helpt me een betere balletdanseres te worden. Mensen zien dat mijn gevoelens echt zijn.’ Zo is het ‘duivelskind’ een prima ballerina geworden bij het Nationaal Ballet. Door een plaatje uit een tijdschrift!
En wat Michaela ook wil bijdragen?
Sinds 2016 is zij ambassadeur van War Child.
Wat is jouw ervaring met het ontdekken van talent?